U bent hier

Actuele verwachtingen waterstanden

Het water in de Nederlandse rivieren en delta is altijd in beweging. De hoeveelheid neerslag en smeltwater zorgen ervoor dat de waterstand in de rivieren stijgt of daalt en in de delta en langs de kust zijn het vooral stormen die de waterstanden bepalen. Op deze pagina met actuele verwachtingen schrijf ik iedere week onder de kop Water van de Week een prognose hoe de waterstanden zich op korte termijn ontwikkelen. Als de waterstanden in de rivieren sterk gaan stijgen en er zich een hoogwater ontwikkelt of als er een storm met hoogwater langs de kust op komst is, verschijnen de hoogwaterberichten met een hogere frequentie van eens in de 2 of 3 dagen. Naast de waterverwachtingen probeer ik ook iedere week een onderwerp wat verder uit te diepen in de rubriek Water Inzicht in het tweede deel van het wekelijkse waterbericht.

 

Update woensdag 4/12

Vanaf donderdag breekt een periode met veel neerslag aan in de stroomgebieden, eerst regen, later in Middelgebergten sneeuw. Er passeren twee actieve storingen over of net ten noorden van Nederland en de regenzones kunnen deze dagen dagelijks 20 tot lokaal 30 mm neerslag brengen, in de Middelgebergten nog meer.

De tweede storing komt vanaf maandag tot stilstand boven Midden Duitsland, waardoor het daar nog wat langer nat blijft. Omdat dan ook koude lucht is toegestroomd, zal het vooral om sneeuw gaan, wat weinig invloed meer heeft op de afvoergolf die zich dan in de rivieren ontwikkelt.

Rijn en Maas gaan flink stijgen, maar het hoogtepunt is ook alweer in zicht, want vanaf medio volgende week wordt het langere tijd droog als zich een hogedrukgebied boven de Atlantische Oceaan ontwikkelt. De kans dat deze neerslagrijke periode zich ontwikkelt tot grotere hoogwatergolven is daarom klein.

De piek in de Rijn verwacht ik rond 12/12 met een stand van ca 11m (NAP) en een afvoer van ca 3.500 m3/s. Omdat de neerslag nog moet vallen is er nog een ruime marge van +/- 50 cm. Pas als de neerslag is gevallen is hierover meer duidelijk te geven.  

De hoogte van Maasafvoer is sterk afhankelijk van de mate waarin de neerslag als sneeuw valt of als regen. Als het tweede neerslaggebied in de nacht van zaterdag op zondag al snel sneeuw brengt ipv regen, dan komt de afvoer mogelijk niet boven de 1.000 m3/s en blijft het bij ca. 800 m3/s. Maar als veel neerslag als regen valt dan is een stijging mogelijk tot ca. 1.100 m3/s. De piek valt dan waarschijnlijk op 9/12; waarna de daling weer inzet.

 

Veel regen in de tweede helft van de week en stijgende waterstanden

Een hogedrukgebied dat een paar dagen droog weer bracht trekt weg naar het oosten en de komende week staat het weer opnieuw onder invloed van lagedrukgebieden. Vooral de tweede helft van de week kan nat verlopen, wat vanaf het komend weekend voor flink stijgende afvoeren kan zorgen in de Rijn en de Maas. In het waterbericht leest u de details.

In de rubriek Water Inzicht een korte terugblik op de afgelopen maand november die droog begon en toch nat eindigde.

water van de week

Een natte week voor de boeg, vooral het komend weekend

De afgelopen dagen trok een hogedrukgebied over onze omgeving naar het oosten. Het zorgde enkele dagen voor droog weer, maar het is nu al zover van ons verwijdert dat een lagedrukgebied boven Scandinavië invloed op ons weer krijgt en vooral maandag regen gaat brengen.

Dinsdag komen we dan weer even onder de invloed van hogedruk maar vanaf woensdag nadat een omvangrijk lagedrukgebied dat ten noorden van de Britse eilanden langs naar Scandinavië koerst. Regenzones die hiermee samenhangen brengen flink wat regen In de tweede helft van de week.

Op zaterdag ontwikkelt zich waarschijnlijk een klein lagedrukgebied ten westen van Ierland dat op zondag precies over Nederland naar het Oosten trekt. Het zou de derde keer in twee weken tijd zijn dat zo'n lagedrukgebiedje over onze omgeving naar het oosten trekt. De eerste voerde op 19 november de koude lucht aan waardoor er zich in een deel van Nederland een sneeuwdek kon vormen, de tweede, die de naam Cornall kreeg, zorgde voor een kortdurende storm boven vooral het noorden van het land.

Het derde exemplaar dat voor het volgend weekend op het programma staat zal ook weer een portie koude lucht aan gaan voeren, waardoor Nederland en de stroomgebieden na het volgend weekend weer enige tijd in de koude lucht terecht gaan komen en er vooral in de Middelgebergten (Ardennen, Eifel etc.) een pak sneeuw kan gaan vallen. Of het lagedrukgebied ook weer gepaard gaat met veel wind is nu nog onduidelijk; dat hangt af van de precieze koers en van de mate waarin de luchtdruk in het lagedrukgebied kan dalen onderweg van Ierland tot boven onze omgeving.

Het is sowieso op deze termijn nog onzeker of het lagedrukgebied zich zo gaat ontwikkelen zoals de modellen nu verwachten. Het is nog bijna een week vooruit en het betreffende lagedrukgebied zal pas over een dag of 5 ontstaan. Op zo lange termijn kan de verwachting dus nog wel wat veranderen, maar de vorige twee keren hadden de weermodellen de situatie zolang van tevoren ook al redelijk goed ingeschat. De kans dat er iets gaat gebeuren acht ik daarom vrij groot.

Na het komend weekend trekken de lagedrukgebieden verder naar het oosten weg en komt het weer in West-Europa zeer waarschijnlijk onder invloed van een groot hogedrukgebied dat zich vanaf de Azoren tot aan IJsland zal uitstrekken. Het vormt daarmee een zogenaamde blokkade waardoor lagedrukgebieden vanaf het westen van de Atlantische oceaan onze omgeving enige tijd niet kunnen bereiken.

Het is nu nog onduidelijk hoelang dat gaat duren, maar de verwachting op dit moment is dat het niet heel lang zal zijn en dat in de tweede helft van december lagedrukgebieden ons opnieuw zullen kunnen bereiken en voor neerslag gaan zorgen. Maar dat is nog heel ver vooruit en voorlopig krijgen we deze week eerst te maken met een eerste set van lagedrukgebieden die het weer in de stroomgebieden gaan bepalen.

Samengevat betekent dit voor de neerslag in de stroomgebieden: vandaag nog droog, maandag en dinsdag een regengebied dat overtrekt met zo’n 5 tot 10 mm, woensdag droog en vanaf donderdag 5/12 tot en met dinsdag 10/12 veel regen. Vanaf zondag wordt de aangevoerde lucht steeds kouder en kan zich in de Middelgebergten (vanaf een hoogte van ca 300 m) een sneeuwdek gaan vormen van enkele decimeters dik. Vanaf 11/12 wordt het dan waarschijnlijk weer voor langere tijd droog.

Rijn daalt naar ca 9,2 m (NAP); vanaf komend weekend stijgend mogelijk naar 11 m of meer.

In het begin van afgelopen week viel er, voordat het hogedrukgebied invloed kreeg op het weer, nog wat meer regen in het stroomgebied dan waar het vorig weekend naar uit zag. Samen met smeltwater van het sneeuwdek dat zich van 20 november In de middelgebergten had gevormd, leverde dat toch nog aardig wat water op en nadat de Rijn in het begin van de week ongeveer één meter was gezakt, zet de vanaf donderdag weer een lichte stijging in.

De stand bedraagt bij Lobith nu ongeveer 9,6 m (NAP) en de afvoer ca 2.500 m3/s. Vandaag en morgen komt daar nog een heel klein beetje bij tot ca 9,7 m op dinsdag. De regen die op maandag en dinsdag in het stroomgebied valt heeft waarschijnlijk weinig invloed op de waterstand in de Rijn en daarom verwacht ik dat vanaf dinsdag een kleine daling inzet naar ongeveer 9,2 m (NAP), afvoer ca 2.100 m3/s, aan het begin van het volgend weekend.

Vanaf donderdag begint dan een natte periode in het stroomgebied en dit water kan Lobith vanaf zaterdag en zondag gaan bereiken. Dit levert een flinke stijging op, tot mogelijk 10,5 tot 11 m (NAP) in het midden van die week, dat is rond 11 december. De afvoer daarbij bedraagt 3.000 tot 3.500 m3/s. Een verdere stijging tot misschien 12 m (NAP) en een afvoer van 4.500 m3/s aan het eind van die week is ook nog mogelijk.

Dit hangt vooral af van de hoeveelheid neerslag die het lagedrukgebied op 7 en 8/12 gaat brengen. Extra complicatie daarbij is dat een deel van de neerslag in de middelgebergten als sneeuw gaat vallen en die hoeveelheid draagt niet bij aan de afvoer op dat moment. Een echt grote hoogwatergolf is onwaarschijnlijk omdat na het passeren van het lagedrukgebied en de bijbehorende neerslag er een periode aanbreekt dat het weer onder invloed komt van een groot hogedrukgebied en het voor langere tijd droog blijft.

Mocht In de loop van de week meer duidelijk worden over de totale hoeveelheid neerslag en de bijbehorende stijging van de Rijn dan zal ik zo nu en dan een update schrijven die op deze website te vinden is.

Maas eerst stabiel, komend weekend mogelijk naar 1000 m³/s.

In het begin van de week viel er nog wat regen in de Ardennen, Waardoor de dalende lijn van de afvoer die de week daarvoor was ingezet een paar dagen stabiliseerde rond 400 m3/s. Sinds donderdag is de daling weer ingezet en inmiddels bedraagt de afvoer bij Maastricht ongeveer 300 m3/s. Morgen valt er wat regen, maar ook Dat is waarschijnlijk net voldoende om de afvoer te stabiliseren.

Vanaf donderdag 5 december breekt een nattere periode aan van een dag of 5, waardoor de Maasafvoer weer kan gaan stijgen. De eerste dagen verwacht ik een lichte stijging tot een afvoer van ongeveer 650 à 750 m3/s op zondag 8/12. Op zondag passeert waarschijnlijk een lagedrukgebied net ten noorden van het stroomgebied en als dat uitkomt, kan er veel neerslag vallen in de Ardennen.

De afvoer zal dan op maandag en dinsdag verder stijgen tot 1000 m3/s of meer. Dit is echter nog onzeker want de precieze koers van het betreffende lagedrukgebied is nog niet duidelijk en het is zelfs nog mogelijk dat er helemaal geen lagedrukgebied ontstaat. Daarbij zal een deel van de neerslag in de Ardennen als sneeuw gaan vallen, wat ook weer invloed zal hebben op de hoeveelheid water die de Maas kan bereiken. Al met al dus een wat onzekere verwachting voor de Maas afvoer in en direct na het volgend weekend.

Na het passeren van het lagedrukgebied breekt vanaf dinsdag 10 december zie je waarschijnlijk een wat langere droge periode aan en dat betekent dat de kans op een verdere stijging van de Maas tot een groter hoogwater op dit moment klein is. Mocht In de loop van de week meer duidelijk worden over de hoeveelheid regen en sneeuw die in de Ardennen gaat vallen dan zal ik een update maken.

Water inzicht

November begon met gemiddeld lage afvoeren en eindigde met hoger dan gemiddelde afvoeern

November begon droog en eindigde nat. De eerste helft van de maand werd het weer bepaald door hogedrukgebieden en viel er maar weinig regen. De afvoer van de rivieren, waar medio oktober nog een klein hoogwater in was opgetreden, daalden dan ook flink.

De Rijn bereikte midden november een afvoer van net boven de 1.300 m3/s, wat maar weinig hoger was dan de laagste afvoer van dit jaar (ca 1.250 m3/s) die begin september werd bereikt. Het zou trouwens niet bijzonder zijn geweest als dat wel was gebeurd want zo eens In de 5 tot 6 jaar wordt de laatste jaren afvoer van de Rijn in november bereikt; de laatste keer gebeurde dat in 2021.

De tweede helft van de maand verliep veel natter, zo nat zelfs dat in een groot deel van Nederland november uiteindelijk als een natter dan gemiddelde maand eindigde. In de stroomgebieden verliep november uiteindelijk zo’n 10 tot 20% droger dan normaal. De gemiddelde afvoer van de Rijn bedroeg 1.775 m3/s en kwam daarmee ook ca 10% lager uit dan het langjarig gemiddelde van 1.940 m3/s. De Maasafvoer bij Maastricht bedroeg gemiddeld 260 m3/s, wat precies gelijk is aan het langjarig gemiddelde.

In de volgende twee grafieken is voor Rijn en Maas de novemberafvoer weergegeven voor de hele meetreeks. De grafiek laat zien dat er van jaar tot jaar grote verschillen zijn en bij de Rijn verschillen de jaren met de hoogste maandafvoer een factor 5 met de jaren met de laagste maandafvoer; bij de Maas is dat zelfs een factor 20, maar daar zijn de laagste afvoeren relatief ook veel lager.

november 24 Rijn.jpg

Gemiddelde novemberafvoeren van de Rijn bij Lobith voor de hele meetreeks vanaf 1901. Ook is het 30-jarig gemiddelde weergegeven, dat loopt vanaf 1930 (voor de periode van 1901-1930) t/m nu (voor de periode 1995-2024).
Gemiddelde novemberafvoeren van de Rijn bij Lobith voor de hele meetreeks vanaf 1901. Ook is het 30-jarig gemiddelde weergegeven, dat loopt vanaf 1930 (voor de periode van 1901-1930) t/m nu (voor de periode 1995-2024).

november 24 Maas.jpg

Gemiddelde novemberafvoeren van de Maas bij Monsin (iets  bovenstrooms van Maastricht) voor de hele meetreeks vanaf 1911. Ook is het 30-jarig gemiddelde weergegeven, dat loopt vanaf 1930 (voor de periode van 1911-1940) t/m nu (voor de periode 1995-2024).
Gemiddelde novemberafvoeren van de Maas bij Monsin (iets bovenstrooms van Maastricht) voor de hele meetreeks vanaf 1911. Ook is het 30-jarig gemiddelde weergegeven, dat loopt vanaf 1930 (voor de periode van 1911-1940) t/m nu (voor de periode 1995-2024).

De grafieken laten zien dat uitschieters naar boven en beneden tegenwoordig niet vaker voorkomen dan vroeger. Maanden met een hoge rivierafvoer kwamen in het verleden zelfs wat vaker voor. Recent kende alleen 1998 en bij de Rijn ook 2002 zeer hoge afvoeren met ook hoogwatergolven in die maanden. Zeer lage maandafvoeren komen ook nu nog voor, maar de meeste zien we ook terug in het midden van de meetreeks. Alleen 2011 bij de Maas en 2018 bij de Rijn hadden een november afvoer die de top 5 wist te bereiken.

Vorig jaar verliep In de stroomgebieden erg nat, het was in Duitsland de op een na natste november en in Nederland de op 2 na natste. Ondanks dat wist de novemberafvoer bij beide rivieren vorig jaar niet de top 5 van hoogste november-afvoeren te bereiken. Veel regen in een maand betekent dus niet automatisch een zeer hoge notering. Het heeft ook te maken met hoe de neerslag over de maand verdeeld is: als een groot deel van de regen in een relatief korte periode valt dan komt er meer water tot afvoer dan als het meer verspreid over de maand gebeurt.

Met andere woorden: als 200 mm regen in 5 dagen van 40 mm valt, levert dat een groter aandeel op dat tot afvoer komt, dan als diezelfde hoeveelheid in 20 dagen met 10 mm zou vallen. Ook smeltwater speelt hierbij een rol want als een eventueel aanwezig sneeuwdek smelt door regen, dan levert dat samen een hogere afvoer op dan als diezelfde hoeveelheid neerslag kort na elkaar als regen was gevallen.

In de grafieken is ook de trendlijn weergegeven en deze laat vooral bij de Maas een dalende lijn zien. Dit is het gevolg van het relatief grote aantal novembermaanden met een hoge afvoer in die periode 1920 tot 1945. Het ziet er niet naar uit dat deze trend doorzet want in de tweede helft van de meetreeks is de situatie vrijwel stabiel. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het dertigjarig gemiddelde dat bij de Rijn al enkele decennia rond de 2000 m³/s schommelt en bij de Maas rond 250 m³/s.

Samengevat zien we dat november een maand is die van jaar tot jaar flink uiteen kan lopen wat de afvoer betreft maar er zijn geen duidelijke trends te zien. Uitschieters naar boven en beneden zijn er altijd geweest en komen de laatste tijd niet vaker voor dan vroeger; eerder wat minder vaak. Gevolgen van klimaatverandering blijken in ieder geval niet uit het verloop van de gemiddelde afvoeren.

Begin van de week nog regen, daarna droog, waterstanden dalend, later stabiel

Afgelopen week verliep nat in de stroomgebieden en dat leverde kleine golfjes op: in de Maas op woensdag en in de Rijn vandaag. De eerstkomende dagen blijft het nog nat maar er valt niet genoeg regen voor een nieuwe stijging van de waterstanden. Later in de week wordt het voor langere tijd droog waardoor dan een wat langere daling in kan zetten. Maar ook dit zal niet voor heel lange duur zijn want een langdurige droge periode lijkt er voorlopig niet in te zitten. In het water bericht leest u de details.

Deze week ontbreekt de rubriek Water Inzicht.

water van de week

Een week met twee gezichten: eerst lagedrukgebieden en regen, daarna hoge druk en droog.

Afgelopen dinsdag trok een lagedrukgebied precies over Nederland en dit bracht veel neerslag in de stroomgebieden. Het was flink wat meer dan in het afgelopen weekend nog was voorzien en de waterstanden stegen daarom ook meer dat ik in mijn vorige waterbericht had aangegeven. Vorige week zag het er ook naar uit dat met de komst van dit lagedrukgebied ook een wat actievere westelijke stroming op gang zou komen.

Uiteindelijk pakt ook dat anders uit, want het volgende lagedrukgebied, dat nu ten noorden van Ierland ligt, volgt een meer noordelijke koers dan verwacht en later in de komende week zal het weer in de stroomgebieden weer enige tijd door een hogedrukgebied worden bepaald. Het lagedrukgebied bij Ierland, dat de naam Bert heeft gekregen, is zeer actief; met een zeer lage luchtdruk in de kern. Het bracht ook zeer veel neerslag en in Ierland, waar ze wat regen betreft wel wat gewend zijn, traden zelfs overstromingen op.

Net als de Middellandse Zee is ook de Atlantische Oceaan ten westen van Ierland relatief warm en als er dan regen wordt aangevoerd, kan er in korte tijd zoveel vallen dat beken en rivieren al snel buiten hun oevers treden. Dat dit tegenwoordig op veel plaatsen steeds vaker gebeurt, heeft niets te maken met slecht watermanagement, wat soms voor mijn beweerd, maar vooral met een grotere kans op veel meer regen in een korte tijd.

Omdat dit lagedrukgebied vrij ver noordelijk langs trekt, blijft het gebied met de vele regen ook ver weg van de stroomgebieden. Dit was al goed te zien aan het warmtefront dat gisteren, zaterdag, overtrok; waarvan de regen niet veel zuidelijker dan Nederland doordrong. Op maandag volgt het koufront van dit lagedrukgebied en ook dan valt de meeste regen vrij noordelijk.

Op dinsdag en woensdag volgt een nieuw lagedrukgebied dat nu wel dicht langs Nederland trekt. De luchtdruk is lang niet zo laag als bij Bert, maar er kan wel vrij veel regen vallen. Voorlopig lijkt het erop dat de meeste regen op de Noordzee en het westen en noorden van Nederland gaat vallen. Daar kan lokaal meer dan 30 mm vallen; meer naar het oosten en zuiden neemt dat al af en in de stroomgebieden blijft het waarschijnlijk bij zo’n 10 mm.

Op donderdag trekt het lagedrukgebied via Noord-Duitsland verder naar het oosten en kan er in het stroomgebied van de Rijn nog zo'n 10 lokaal 15 mm regen vallen. Ondertussen is dan boven Het Verenigd Koninkrijk een rug van hoge druk ontstaan die de dagen daarna langzaam naar het Oosten trekt en zich ontwikkelt tot een hogedrukgebied dat enige tijd boven Oost-Europa blijft liggen.

Tot na het komend weekend blijven wij onder invloed liggen van dit hogedrukgebied en is de kans op neerslag klein. Pas rond het midden van die week is het hogedrukgebied zo ver naar het oosten getrokken dat nieuwe lagedrukgebieden vanaf de Oceaan weer invloed krijgen op ons weer. Het droge weer dat vanaf donderdag inzet lijkt dus niet heel lang te gaan duren en de daling van de waterstanden zullen waarschijnlijk ook niet zo lang en ver dalen als in de eerste helft van november.

Rijn bereikt vandaag zijn hoogste stand, 10,35 m NAP, rest van de week dalend.

Na een vrij droge eerste helft van de maand verliep de afgelopen week nat in het stroomgebied. Bijna overal viel meer dan 30 mm en in de Middelgebergten liep dat op tot tussen de 50 en 90 mm. Achter het lagedrukgebied, dat op dinsdag over Nederland trok, draaide de wind ook naar het noorden tot noordwesten, waarmee erg koude lucht werd aangevoerd, waardoor de neerslag zelfs in het laagland al snel overging in sneeuw.

In de middelgebergten viel de eerste sneeuw van het seizoen en boven de 300 m vormde zich een sneeuwdek van zo'n 20 tot 35 cm. In de Alpen was dat nog wat meer en boven de 2000 m viel tot ca 75 cm. Tot nu toe was er nog niet zoveel sneeuw gevallen in de Alpen maar hiermee kwam het sneeuwdek meteen uit op ongeveer de gemiddelde hoeveelheid voor deze tijd van het jaar. Ondertussen heeft zich een warme zuidelijke stroming ingesteld en de sneeuw in de middelgebergten zal de komende dagen weer snel verdwijnen. Hogerop in de Alpen zal het dek zich wel grotendeels kunnen handhaven; dat blijft waarschijnlijk liggen tot volgend jaar mei.

De vele regen in het stroomgebied zorgde voor een klein hoogwatergolfje in de Rijn, waarvan de piek vanmorgen passeerde met een stand van ongeveer 10,35 m (NAP) en een afvoer van iets meer dan 3000 m3/s. De komende dagen daalt de waterstand weer snel en iedere dag gaat er zon 40 cm vanaf om woensdag 27/11 net iets boven de 9 m (NAP) uit te komen en de afvoer is dan weer gedaald tot ongeveer 2100 m3/s.

Op maandag, woensdag en donderdag gaat er wel weer regen vallen in het stroomgebied en het eerste water daarvan arriveert woensdag bij Lobith zodat de waterstand vanaf dan een aantal dagen stabiliseert. Eerst komt het water aan vanuit de noordelijke deelstroomgebieden en dat houdt aan tot begin volgende week het water uit Zuid-Duitsland arriveert. Zoals het er nu naar uitziet levert dit alles na elkaar voldoende water op om tot het midden van de week na komend weekend, dat is rond 3 december, de stand tussen de 9 en 9,5 m (NAP) te laten schommelen. De afvoer schommelt daarbij tussen de 2000 en 2300 m3/s; wat ongeveer het langjarig gemiddelde is.

Omdat het dan ondertussen meer dan een week vrijwel droog is in het stroomgebied, kan de waterstand daarna wel weer gaan dalen tot onder de 9 m (NAP). Een lange daling zal dat echter niet worden want de kans is groot dat rond die tijd ook weer nieuwe regengebieden het stroomgebied gaan bereiken.

Maas eerste helft week stabiel rond 400 m3/s, daarna dalend.

De vele regen van afgelopen maandag en dinsdag zorgde in de Maas voor een snelle stijging en een piekje van rond de 850 m³/s op woensdagochtend. Dat is een afvoer die ieder jaar op zo'n 15 tot 20 dagen wordt bereikt en het is kenmerkend voor de Maas die snel reageert als er een intensief regengebied over de Ardennen overtrekt. Woensdag en donderdag viel er ook neerslag, maar dat was vooral sneeuw In de Ardennen en dat leverde aanvankelijk geen extra water op voor de Maas waardoor de waterstand alweer snel daalde bij Maastricht tot ongeveer 400 m3/s op dit moment.

Gisteren is de sneeuw weer gaan smelten en ook vandaag gaat dat door, omdat het erg warm is, en dit levert wat extra water op waardoor de afvoer nog even op ongeveer 400 m3/s blijft schommelen. Op maandag kan er wat regen vallen In de Ardennen maar waarschijnlijk niet meer dan ongeveer 10 mm waardoor de afvoer op dinsdag mogelijk weer wat stijgt naar 500 m3/s. De dinsdag zelf verloopt droog maar op woensdag kan er opnieuw wat regen vallen zodat de afvoer tot en met donderdag nog de 400 en 500 m3/s blijft schommelen.

Donderdag is waarschijnlijk de eerste droge dag en dit droge weer houdt aan tot het midden van de week na het volgend weekend. De Maas afvoer gaat dan weer dalen en in het weekend verwacht ik dat het 300 m3/s weer wordt bereikt. Ook na het weekend zet de daling nog een aantal dagen door tot ca 200 m3/s later in die week.

Zoals het er nu naar uit ziet kunnen vanaf 3 december nieuwe regengebieden het stroomgebied bereiken, waardoor een verdere daling van de afvoer dan weer wordt onderbroken. Dit is echter nog ver weg in de tijd en daarom nog onzeker; volgende week hierover meer.

Een nieuw bericht kunt u volgend weekend verwachten. Als er tussentijds opvallende ontwikkelingen zijn volgt een update; op de site en op Bluesky (@waterpeilen.bsky.social).

Update Rijn en Maaas

Rijn

Gisteren viel in de Duitse en Franse Middelgebergten >50 mm regen en de zijrivieren van de Rijn stijgen nu flink. Het was ook meer regen dan zondag nog verwacht werd en ook drong het regengebied verder door naar het zuiden, waardoor ook in Zuid Duitsland de waterstanden stegen.

Het meeste water is nog een paar dagen onderweg, maar het eerste water vanuit de noordelijke zijrivieren bereikt Lobith vandaag al. De stand bedroeg gisteren nog, een voor de tijd van het jaar lage, 7,9 m NAP(1.300 m3/s) en stijgt nu snel. Morgen wordt de 9m NAP overschreden en en zaterdag 10m NAP. De hoogste stand van 10,5m (3.100 m3/s) verwacht ik op 24 en 25/11.

Zoals het er nu naar uitziet worden er de komende dagen geen grote hoeveelheden regen meer verwacht. Het nieuwe lagedrukgebied dat zaterdag over Engeland nadert lijkt noordelijker te gaan en de meer intensieve regen bereikt het stroomgebied daardoor niet. De verwachting is daarom dat de waterstanden in de loop van volgende week weer gaan dalen. 

Maas

Ook in de Ardennen viel meer regen dan eerder verwacht. Het regengebied bleef er vrij lang hangen en in totaal viel in deze twee dagen zo'n 35 tot 60 mm regen. Dat is voldoende voor een flinke stijging van de Maas, die gisteren al is ingezet en inmiddels de 900 m3/s heeft bereikt. Daarbovenop zijn er dan nog schommelingen vanwege het stuwbeheer waardoor ook de 1000 m3/s  even bereikt kan worden.

Het water vanuit de Z-Ardennen is nog wel even onderweg n de piek daarvan komt vanavond pas. Maar de beken uit de N-Ardennen dalen nu alweer. Samen zorgt dat ervoor dat de afvoer vandaag stabiel en vannacht nog stabiel blijft rond de 900 m3/s. Vanaf morgen zet de daling weer in. De komende dagen vallen er wel buien in de Ardennen, maar geen grote hoeveelheden en onvoldoende om de afvoer verder te laten stijgen.

Op wat langere termijn valt ook minder regen dan eerder verwacht en daarom is er voorlopig geen zicht op een een nieuwe stijging.

Weersomslag, veel regen en stijgende rivieren

Het droge weer van de afgelopen weken eindigt deze week abrupt en er valt voldoende regen om Rijn en Maas flink te laten stijgen. Hoogwatergolven zijn voorlopig niet in beeld want de waterstand moet van ver komen maar als het natte weer aanhoudt, is dat op wat langere termijn niet uit te sluiten. In het waterbericht leest u de details.

In de rubriek Water Inzicht een analyse van hoogwater golven in Rijn en Maas die vaak tegelijkertijd optreden, wat dan extra veel water oplevert in het Benedenrivierengebied waar de beide rivieren in zee uitstromen.

Water van de week

Atlantische Oceaan neemt heft weer in handen en brengt meteen een paar natte weken

Afgelopen maandag viel er voor het eerst sinds lange tijd weer wat regen in de stroomgebieden door een klein geïsoleerd lagedrukgebiedje dat vanaf de Noordzee via de Benelux en Frankrijk naar het zuiden trok. In onze omgeving viel zo'n 5 tot 15 mm regen en dit was net voldoende om de waterstand in de rivieren wat in beweging te brengen.

Ditzelfde lagedrukgebied trok verder naar het zuiden en eenmaal bij de Middellandse Zee aangekomen ontpopte het zich tot een heel ander weersysteem. Daar werd de lucht die rond het lagedrukgebied stroomde aangevoerd over de nog warme Middellandse Zee en dat zorgde opnieuw voor extreme hoeveelheden neerslag in de Spaanse kustgebieden.

Het is een mooi voorbeeld hoe hetzelfde weersysteem in een andere setting voor heel ander weer kan zorgen. In onze omgeving kan dat ook gebeuren, maar dan alleen in hoogzomer.  Het meest aansprekende voorbeeld daarvan is juli 2021 toen een vergelijkbaar lagedrukgebied warme vochtige lucht van over de toen warme Oostzee aantrok, wat vanuit het noorden tegen de Ardennen en de Eifel moest opstijgen en daar tot extreme regenval leidde.

In het najaar zijn onze zeeën alweer te ver afgekoeld om zo'n geïsoleerd lagedrukgebiedje tot een extreem event uit te laten groeien. Voor veel regen zijn we in onze omgeving in deze tijd van het jaar aangewezen op een heel ander weertype. Daarvoor zijn actieve lagedrukgebieden nodig die in een westelijke stroming vochtige lucht vanaf de Atlantische Oceaan tot over onze omgeving brengen. Als deze circulatie goed op gang is gekomen, volgen de lagedrukgebieden elkaar vaak snel op en dan kan een langere reeks ervan voldoende neerslag brengen om de rivieren flink te laten stijgen.

We staan nu aan het begin van de overgang naar zo'n westelijke circulatie. Gisteren is het eerste lagedrukgebied naar Scandinavië getrokken en dit blijft daar enige tijd liggen en fungeert als een motor die nieuwe lagedrukgebieden vanaf de Atlantische Oceaan in sneltreinvaart op onze omgeving afstuurt. Dinsdag staat een heel actief exemplaar op het programma dat waarschijnlijk precies over Nederland naar het oosten trekt.

Aan de noordkant stroomt dan even wat koudere lucht aan waardoor in Noord-Nederland de eerste sneeuw van het seizoen kan vallen. Aan de zuidkant wordt met een zuidwestenwind juist warme lucht aangevoerd en hier valt ook de meeste regen. In totaal wordt op maandag en dinsdag zo’n 20 tot 30 mm regen verwacht en in de Middelgebergten zoals Ardennen en Eifel, waar de vochtige lucht moet opstijgen kan tot 40 of 50 mm vallen. Ook in de Nederlandse kuststrook kan tot 40 mm vallen.

Op woensdag draait de wind naar het noordwesten en de dagen daarna trekken veel buien vanaf de Noordzee het land op. Ook dan kan de kuststrook van Nederland op veel regen rekenen, met dagelijks 20 tot lokaal 30 mm. Verder het binnenland in zijn de hoeveelheden kleiner, maar over de grens in de middelgebergten zijn de hoeveelheden weer groter. Al met al kan er daar tot en met vrijdag zo'n 60 tot 70 mm regen vallen en dat is voldoende voor een flinke stijging van de rivieren.

Op zaterdag en zondag volgt waarschijnlijk een nieuw lagedrukgebied dat over Engeland naar de Noordzee trekt. Er valt dan opnieuw veel regen en tot en met dinsdag 26/11 kan er in de stroomgebieden opnieuw 50 tot misschien wel 75 mm regen vallen.

Hoe het zich daarna ontwikkelt is nu nog onduidelijk, mogelijk dat hoge druk weer even een rol gaat spelen, maar het kan ook goed zijn dat we nog wat langer met een westelijke circulatie te maken blijven houden. Mocht dat zo zijn dan kan de waterstand in de rivieren eind november zelfs oplopen tot een wat grotere hoogwatergolf. Maar de regen moet nog gaan vallen, dus voorlopig is hier nog weinig met zekerheid over te zeggen.

Rijn daalt nog iets, later in de week stijgend naar boven 9m NAP in de volgende week

In het begin van de week daalde de Rijn nog wat maar de regenval van afgelopen maandag zorgde de laatste dagen voor een stabiele waterstand rond 7,9 m NAP en een afvoer van ca 1.300 m3/s. De komende 3 dagen daalt de waterstand nog iets tot net boven de ca 7,8 m en een afvoer van ongeveer 1.250 m3/s. De stand blijft daarmee waarschijnlijk net boven het tot nu toe laagste niveau van dit jaar dat begin september werd bereikt en net iets onder de 7,8 m NAP lag.

Vanaf woensdag 20 november arriveert het eerste water van de regen die vanaf maandag in het stroomgebied gaat vallen en begint de Rijn aan een flinke stijging. In eerste instantie gaat de waterstanden vanaf vrijdag ongeveer naar 8,5 m NAP bij een afvoer van 1.650 m3/s. Vanaf zondag zet een verdere stijging in naar ca 9,5 m  (afvoer 2.500 m3/s) rond het midden van de week daarna. De regen moet nog vallen, dus dit is met een marge van +/- 25 cm.

Zoals het er nu naar uitziet is de kans groot dat de waterstand later in die week verder gaat stijgen maar dit hangt af van de hoeveelheid neerslag die het tweede lagedrukgebied gaat brengen waarvan de neerslagzones komend weekend over onze omgeving trekken. Een verdere stijging tot boven de 10 m NAP en de afvoer tot >2.750 m3/s aan het eind van de maand is dan goed mogelijk. Dit is trouwens nog lang geen hoogwater want daarvoor moet de waterstand tot boven de 13,5 m stijgen en de afvoer tot 6000 m3/s.

Maas stijgt naar 400 tot 500 m3/s, later waarschijnlijk nog hoger

De Maasafvoer schommelde de hele afgelopen week rond de 120 m3/s, op dinsdag en woensdag iets hoger vanwege de regen die op maandag was gevallen. Aan het eind van de week daalde de afvoer weer wat en inmiddels stroomt er nog ca 100 tot 110 m3/s bij Maastricht het land in. Dat is ruim onder het langjarig gemiddelde voor deze tijd van het jaar, dat ca 250 m3/s bedraagt.

Vanaf dinsdag gaat dat veranderen, omdat er op maandag en vooral dinsdag veel regen gaat vallen in Ardennen. In totaal kan er 30 tot lokaal misschien wel 50 mm vallen en dat is voldoende om de afvoer flink te laten stijgen tot ongeveer 400 à 500 m³/s op donderdag 21/11. Daarna daalt de afvoer weer wat naar ca 300 m³/s om vanaf zaterdag of zondag weer te gaan stijgen.

Dit hangt samen met het nieuwe lagedrukgebied dat rond die tijd over onze omgeving trekt en de laatste voorspelling is dat er van zaterdag tot en met dinsdag erg veel regen kan gaan vallen in Ardennen, met lokaal meer dan 75 mm in deze periode. Als dat uitkomt en dat het op dit moment weer onzeker dan kan de afvoer bij Maastricht in de loop van de week na het volgend weekend stijgen tot boven de 1000 m³/s.

Maar net als bij de Rijn is dit nog met een slag om de arm want de lagedrukgebieden die dit moeten gaan veroorzaken moeten nog ontstaan en pas later in de week zal meer duidelijk worden over de koers die deze gebieden gaan volgen en waar de regen dan precies gaat vallen.

Vanwege de verwachte stijging zal ik de komende week wat vaker en tussentijds berichtje maken. Daarvoor krijgt u geen bericht In de mail dus u moet zo nu dan de website raadplegen. Deze korte updates post ik voortaan niet meer op Twitter, maar op Bluesky (@waterpeilen.bsky.social).

Water in zicht

In hoeverre vallen de hoogwatergolf en in Rijn en Maas samen in de tijd

Bijna ieder jaar zijn er hoogwatergolven in onze grote rivieren. Ze treden vooral op in de winter en in het voorjaar en de periode van november tot en met maart wordt daarom ook wel het hoogwaterseizoen genoemd. Maar ook daarbuiten zijn er soms hoogwaters zoals afgelopen voorjaar toen er in juni in de Rijn twee hoogwaters waren en in juli 2021 toen er in de Maas een uitzonderlijk groot hoogwater optrad.

Dit hoogwater was tevens het grootste dat ooit in de Maas was gemeten met In de afvoer van circa 3300 m³/s. Bij de Rijn moeten we terug tot 1926 voor het grootste hoogwater met toen een afvoer van circa 12.500 m³/s. In 1995 kwam de afvoer daar dichtbij met circa 12.000 m³/s.

Aan de hand van de meetreeksen van de Rijn (beginnend in 1901) en de Maas (vanaf 1911) heb ik een database gemaakt van alle wat grotere hoogwaters. Bij de Maas waren dat er ruim 230 waarbij de afvoer tot boven de 1000 m³/s steeg en bij de Rijn heb ik er circa 210 gevonden waarbij de afvoer tot boven de 5000 m³/s is gestegen.

Deze sets heb ik naast elkaar gelegd door bij de 230 Maas-hoogwaters na te gaan of er rond die tijd ook een hoogwater in de Rijn is opgetreden. Dat was vrijwel altijd zo, al kwamen de hoogwaters in de Rijn niet allemaal tot boven de 5000 m3/s. Maar vaak was er wel een duidelijke stijging en deze situaties heb ik ook meegenomen. Van de set met Rijn-hoogwaters waren er ook een aantal waar de Maas niet tot boven 1000 m³/s was gestegen, maar ook daar was er bijna altijd wel een wat kleinere stijging, die dan bv tot 600 of 700 m³/s kwam.

Uiteindelijk ben ik zo tot ca 280 hoogwatersituatie gekomen in de periode tussen 1911 en 2024, waarbij er maar in 6 situaties in slechts een van de rivieren een hoogwater was; alle andere keren was er dus in beide rivieren sprake van een flinke stijging. Van alle deze hoogwatersituaties ben ik nagegaan hoeveel tijd er verstrijkt tussen het passeren van de hoogwatergolven in de beide rivieren bij de meetstations Maastricht en Lobith.

De volgende grafiek laat zien dat een golf in de Maas in de meeste gevallen tussen de 2 en 4 dagen eerder bij Maastricht het land binnenkomt dan de golf in de Rijn bij Lobith. Slechts in ca 10% van de situaties is de golf vanuit de Rijn langer onderweg en in slechts een paar procent van de situaties loopt de golf in de Rijn voor op die van de Maas. Vanaf Maastricht is de golf vervolgens nog ca 2 dagen onderweg door Limburg, zodat de beide golven uiteindelijk ongeveer gelijk in het midden van het land aankomen en de toppen van de golf elkaar uiteindelijk zullen ontmoeten in het Benedenrivierengebied.

Maas eerder dan Rijn.png

Tijdsverschil tussen aankomst van een hoogwatergolf in de Maas bij Maastricht en in de Rijn bij Lobith
Tijdsverschil tussen aankomst van een hoogwatergolf in de Maas bij Maastricht en in de Rijn bij Lobith

Ik ben nog nagegaan of er een verschil is tussen de hogere en minder hoge golven, maar dat maakt weinig uit; het tijdsverschil blijft ongeveer even groot. Op zich is dit niet zo vreemd, want de stroomgebieden van de beide rivieren grenzen aan elkaar. Als er dan een natte periode is waaruit hoogwatergolven ontstaan dan is dat meestal door een reeks van regengebieden die van west naar oost over onze omgeving trekt en dan valt in beide stroomgebieden neerslag.

De 280 hoogwatersituaties zijn in de volgende grafiek tegen elkaar uitgezet, met op de verticale as de Rijnafvoer en op de horizontale de Maasafvoer. Bij enkele in het oog vallende situaties is de datum gezet. In de puntenwolk is een duidelijke trend zichtbaar, wat laat zien dat als de golf hoog is in de ene rivier, de kans op een hoge golf in de andere rivier ook groot is.

Relatie Rijn en Maas.jpg

Verband tussen de hoogwatersituaties in de Maas en de Rijn. Van in totaal 280 hoogwatersituaties is uitgezet hoe de afvoeren van Rijn en Maas zich tot elkaar verhouden.
Verband tussen de hoogwatersituaties in de Maas en de Rijn. Van in totaal 280 hoogwatersituaties is uitgezet hoe de afvoeren van Rijn en Maas zich tot elkaar verhouden.

Maar er is in de grafiek ook een grote spreiding te zien. Zo zijn er hoogwatersituaties geweest waarbij de Maas steeg tot ca 1.500 m3/s en de Rijn slechts tot 4.000 m3/s, maar ook keren dat de Rijn bij diezelfde Maasafvoer steeg tot 10.000 m3/s. Een voorbeeld van de eerste was de hoogwatergolf die recent in de Maas optrad. Deze werd veroorzaakt door slechts één actief lagedrukgebied dat over Frankrijk en België naar het noordoosten trok en vooral in het zuidwesten van de Ardennen veel regen bracht.

Het stroomgebied van de Rijn bleef daarbij grotendeels buiten schot, zodat dit een atypische hoogwatersituatie werd. Meestal ontstan hoogwaters namelijk door een reeks van neerslaggebieden en ontvangt de ene dag het ene stroomgebied wat meer en de andere het andere stroomgebied.

En ook de weersituatie die het hoogwater in de Maas veroorzaakte in juli 2021 leverde in de Rijn geen uitzonderlijke situatie op, ook al ging het toen in het Ahrdal en omliggende gebieden helemaal mis. Er viel toen uitzonderlijk veel regen in het grensgebied van Rijn en Maas, maar omdat de Maas een kleiner stroomgebied heeft omvatte het regengebiad daar meer dan de helft van het totale stroomgebied, terwijl dat bij de Rijn maar 10 of 20% was.Andersom treedt er ook soms in de Rijn een hoogwater op, terwijl er in de Maas niet veel aan de hand is, zoals in maart 1988.

De 3 grootste hoogwaters in de Rijn, in 1926, 1993 en 1995 gingen alle drie gepaard met ook een hoogwater in de Maas. Deze liggen ook duidelijk boven de trendlijn en waren daarom ook bijzonder.  Dit leverde toen samen een zeer grote hoeveelheid water op die uiteindelijk in de Rijn-Maasmonding naar zee moest worden afgevoerd. Zo zal er in 1926 circa 14.000 m3/s in het mondingsgebied zijn aangekomen en in 1995 was dit ca 13.000 m3/s. Dit moet dan allemaal bij afgaand tij (dat is ongeveer de helft van de dag) via het haringvliet en de Nieuwe Waterweg naar de Noordzee kunnen uitstromen.

Het zijn dit soort situaties waar we in de toekomst beducht op moeten zijn. Door de zeespiegelstijging wordt het namelijk steeds moeilijker om deze enorme hoeveelheid water, zonder al te grote stijgingen in het Benedenrivierengebied, naar de Noordzee af te voeren. En als een hoogwatersituatie dan ook nog eens samenvalt met een noordwesterstorm, waardoor de keringen aan de zeezijde dicht staan, dan wordt de tijd dat er naar zee gespuid kan worden wordt nog korter. 

Voor die situaties is er binnengaats veel ruimte nodig om al het rivierwater op te slaan, waarna het, als de storm is geluwd, wel naar zee kan stromen. Als de keringen zijn gesloten dan stijgt het binnenpeil door de aanvoer van het rivierwater per 1000 m3/s met ongeveer 1 cm per uur. Een rekensom laat zien dat door een combinatie van storm, waarbij de keringen 24 uur dicht zijn, en een rivierafvoer van 13.000 m3/s, het binnenpeil ruim 3 meter stijgt. Dat is nu ongeveer de maximale stijging waar het gebied binnengaats, gelegen tussen de Nieuwe Maas in het noorden en Haringvliet-Hollands Diep in het zuiden, voor is ingericht. 

Sinds 1990 is de zeespiegel voor de Nederlandse kust met ca 10 cm gestegen en die stijging heeft de tijd dat het spuien van het rivierwater mogelijk is al iets verkort. Want stel dat er nu een zelfde afvoer op het gebied af zou komen als in 1995, dan is de tijd die nodig is om de 3 m stijging te bereiken al met ca 3 kwartier verminderd. 

De stijging van de zeespiegel versnelt ook nog eens en waar die in 1990 nog ca 2 mm/ per jaar was, is dat inmiddels ongeveer 3,5 mm per jaar. Dat is (nog) niet heel snel, maar het betekent wel dat de volgende 10 cm dat de zeespiegel stijgt al over 20-25 jaar wordt bereikt en bij alle volgende decimeters die ons nog te wachten staan, wordt die tijdspanne steeds korter. De tijd om water op te vangen tot de 3 m wordt bereikt, wordt bij iedere 10 cm weer 45 minuten korter en om de veiligheid te kunnen blijven garanderen zullen de bergingsgebieden in de toekomst uitgebreid moeten worden.

Een van de grote vraagstukken waar het Nederlandse waterbeheer in de komende eeuw voor staat is daarom niet zozeer hoe we het zeewater buiten houden, maar vooral hoe we het water dat de rivieren aanvoeren tijdens perioden van hoge rivierafvoeren naar de Noordzee krijgen. 

Abonneren op