U bent hier

maandag 21 november 2016

Laagwaterperioden (voorlopig) achter de rug

De Rijn en Maas zijn de afgelopen week verder gestegen en de afvoeren en standen schommelen nu rond de normale waarden voor deze tijd van het jaar. Begin deze week stijgen de standen nog wat verder, maar hoogwater is zeker nog niet in zicht, want er breekt vanaf medio deze week weer een langere droge periode aan.

Rijn stijgt deze week nog wat verder; daarna daling

De waterstand bij Lobith steeg afgelopen week tot bijna 9 meter, daalde daarna weer wat en is nu weer langzaam gaan stijgen. Vanuit Zuid en Midden Duitsland is nog een kleine watergolf onderweg die medio deze week voor een kleine piek zal zorgen bij Lobith. De waterstand komt dan rond 9,3 m +NAP uit, nog bijna 50 cm hoger dan vorige week. Veel stelt dat nog niet voor en het is zeker nog geen hoogwatersituatie, daarvoor moet het peil nog minstens 4 meter verder stijgen.  

Een hoogwatergolf zit er dan ook zeker nog niet in, want na dinsdag wordt het in het stroomgebied van de Rijn weer langere tijd droog. Hogedrukgebieden gaan de komende week weer de dienst uitmaken en dat houdt regengebieden op afstand. Na de kleine piek midden deze week zal de waterstand bij Lobith daarom weer gaan dalen naar onder de 9 meter in het volgende weekend en waarschijnlijk tot 8,5 meter in de week daarna.

Maas voor het eerst boven de 100 m3/s

Er was dit jaar wel wat voor nodig om de Maas te laten ontwaken, maar inmiddels is de etmaalgemiddelde afvoer bij Borgharen toch tot boven de 100 m3/s gestegen. Eén dag later dan in 2015, maar toen was de afvoer er eerder in het najaar al enkele dagen boven uitgestegen. Als we de Maasafvoer sinds het begin van de metingen in 1911 er op naslaan, dan komt de afvoer gemiddeld vanaf 7 oktober voor het eerst boven de 100 m3/s. De laatste 30 jaar lag die datum gemiddeld op 24 oktober en de laatste 10 jaar zelfs op 31 oktober.  Het duurt dus steeds langer totdat de Maasafvoeren in het najaar boven de 100 m3/s uitstijgen.

Dat hoeft niet meteen een gevolg te zijn van de klimaatverandering. Het kan ook te maken hebben met veranderingen in de afvoerverdeling over de kanalen; een flink deel van het Maaswater dat uit Frankrijk en Belgie aan komt stromen, voedt kanalen zoals het Albertkanaal, Zuid Willemsvaart en Julianakanaal. De waterbehoefte voor het kanaalbeheer is ook toegenomen en zeker bij de lagere afvoeren maakt het dan uit hoeveel daarheen stroomt. 

Vanwege de regen die gisteren is gevallen in het stroomgebied van de Maas en wat vandaag nog verwacht wordt, kan de Maas nog wel iets verder stijgen. Een afvoer tot ca 200 m3/s is mogelijk op dinsdag of woensdag. Daarna zal de afvoer weer gaan dalen, omdat een hoge drukgebied op de Atlantische Oceaan de lage drukgebieden op afstand gaat houden.  Zoals het er nu naar uitziet zou de hele rest van de week t/m het weekend droog kunnen gaan verlopen. De afvoer zal dan weer gaan zakken en de kans is groot dat deze zelfs weer onder de 100 m3/s zal uitkomen na het komend weekend.

 

Storm leidt niet tot hoge vloed langs de kust

De zuider- tot zuidwesterstorm die gisteren over Nederland stond, heeft langs de kust niet tot hogere waterstanden geleid. De windrichting was evenwijdig aan de kust en dan wordt het Noordzeewater niet tegen de kust opgestuwd of extra vanuit de Noordzee de estuaria ingeperst. Omdat het ook nog eens halve maan is, was er ook geen sprake van springtij. In de Westerschelde en Oosterschelde waren de waterstanden niet verhoogd, in het Benedenrivierengebied was het peil tijdens vloed enkele decimeters hoger dan normaal. De ebstanden waren overal wel hoger dan normaal; het water had meer moeite om weg te stromen; maar omdat de storm weer snel wegtrok leidde dat niet tot een extra hoge vloed daarna.