U bent hier

maandag 9 januari 2017

Einde lage waterstanden in zicht (voorlopig)

De hoge drukgebieden die de hele maand december het weer in het stroomgebied van Rijn en Maas bepaalden maken deze week plaats voor een paar neerslagzones. De afgelopen week wisten sneeuwbuien vanuit het noordwesten al door te dringen en die brachten in de Ardennen, Duitse heuvels en de Alpen een laagje sneeuw van 10 – 25 cm dik; in de Alpen nog wat meer.

Hoe droog het in december is geweest, is goed te zien in het kaartje van de neerslaghoeveelheden voor Duitsland en een deel van België en Frankrijk (zie hiernaast). In het stroomgebied van de Rijn en de Maas viel nergens meer dan 1 tot 2 cm regen. In Zuid Duitsland en Zwisterland viel in het groene gebied zelfs vrijwel helemaal geen neerslag. Gewoonlijk valt er in december zo’n 7 tot 10 cm neerslag, en in de hogere heuvelgebieden zoals de Vogezen en het Zwarte Woud tot wel 20 cm valt. Zo droog als december zal het in januari niet worden, want de komende week wordt overal 2 tot 3 cm regen verwacht.

De zachte lucht die afgelopen zaterdag tergend langzaam Nederland introk, heeft inmiddels Midden Duitsland bereikt en zal in de loop van de week nog verder naar het zuiden doordringen, waardoor ook een deel van de sneeuw in de heuvels zal smelten. Dinsdag zal de dooi worden versterkt door een vrij intensief regengebied (de eerste sinds ongeveer 1,5 maand) dat over de stroomgebieden trekt. Ook woensdag en donderdag wordt regen verwacht. Geen grote hoeveelheden, maar voldoende om de waterstanden in de rivieren weer wat te laten stijgen.

Vanaf vrijdag gaan de temperaturen dan weer omlaag en kan zich een nieuw sneeuwdek vormen in de Middengebergten in België en Duitsland . Na het volgend weekend is de kans groot dat zich weer rustige periode inzet met een hoge drukgebied boven Europa en weinig neerslag.  Zoals het er nu naar uitziet kunnen we dus alleen een korte opleving van de waterstanden verwachten.

 

Rijn deze week nog onder 1000 m3/s, daarna erboven

De zeer lage winterstand van de Rijn houdt deze week nog aan. In de afgelopen week daalde de Rijnafvoer bij Lobith zoals verwacht onder de 1000 m3/s. De laagste afvoer werd dinsdag bereikt met 975 m3/s, wat overeenkomt met een stand van 7,2 m +NAP. Daarna steeg de afvoer iets, vanwege een beetje neerslag dat in Duitsland viel.  Vanaf afgelopen vrijdag daalt de afvoer weer langzaam en in het midden van deze week zal waarschijnlijk de 950 m3/s bereikt worden. Vanaf vrijdag zal de afvoer dan wat gaan stijgen.

Er ligt nu een groot deel van het stroomgebied boven de 300 m een laagje sneeuw. Dinsdag zet de dooi als een regenzone over Duitsland naar het oosten trekt. Woensdag en donderdag blijven ook niet droog en samen met de smeltende sneeuw levert dat voldoende water op voor een stijging van de Rijnafvoer. Ik verwacht dat de afvoer vanaf vrijdag pas gaat stijgen, als het eerste water bij Lobith aankomt. Deze stijging zet dan door tot in het midden van de week erna.

Het is nog moeilijk om een verwachting voor de stijging aan te geven, de neerslag moet immers nog vallen, maar een stijging tot ca 1250 m3/s bij Lobith moet mogelijk zijn. Dit komt overeen met een waterstand van ca 8 m +NAP.

Voor de langere termijn is er, zoals het er nu naar uitziet, geen verdere stijging in zicht. Na de regen van dinsdag t/m donderdag, valt er op vrijdag en zaterdag in Duitsland weer wat sneeuw en de kans is groot dat daarna een nieuw hoge drukgebied zich weer boven Europa nestelt, waardoor het weer langdurig droog wordt.  Dit zou betekenen dat er ook in de rest van januari weinig kans is op hogere rivierafvoeren.  

 

Maas stijgt vanaf woensdag

De recordlage afvoer in de Maas hield ook de afgelopen week nog aan. Er was bij Borgharen in het begin van de week even een korte opleving tot ca 50 m3/s, maar inmiddels is de afvoer terug op ca 25 m3/s.  In de loop van de komende week komt daar wel verandering in, maar net als bij de Rijn is dit van korte duur.

De regen van aanstaande dinsdag kan voor voldoende water zorgen voor een kleine stijging vanaf woensdag. De sneeuw die boven de 300 m in de Ardennen ligt (ca 10 cm) zal daarbij ook smelten, wat voor wat extra water zorgt. Met de neerslag van woensdag en donderdag erbij zal de afvoer tot boven de 100 m3/s komen, misschien tot 200 m3/s.

Veel meer water lijkt er niet in te zitten, omdat ook in de Ardennen vanaf vrijdag de neerslag in sneeuw overgaat en het vanaf zaterdag waarschijnlijk weer voor langere tijd droog zal worden.

 

Terugblik Stormdepressie van 4 januari

Op 4 januari trok een lage drukgebied over het zuiden van Scandinavië naar de Oostzee. In Nederland leidde dat alleen in het Waddengebied tot hoge waterstanden. Bij Delfzijl moesten de nooddeuren in de coupures gesloten worden. Langs de Duitse Oostzeekust zwol de wind echter aan tot windkracht 10 en omdat de wind uit het NW tot NNW kwam leidde dat daar tot flinke kustafslag. Een deel van de kusten bestaat uit vrij stevige kliffen (kalk en leem), die kunnen wel tegen een stootje, maar er zijn ook duinen. Met name die laatste hadden het zwaar te verduren, wat tot grote verzakkingen leidde. In de website van een Duitse krant daarvan wat beelden. In Duitsland geeft met de stormdepressies altijd namen, deze heette Axel.

Langs de Hollandsche en Zeeuwse kust viel de storm mee en kwam het water maar 1 m  hoger dan bij een normale vloed. Door de lage rivierafvoer kon het zoute zeewater via de Nieuwe Waterweg wel ver het land indringen. Gewoonlijk zorgt het rivierwater voor tegendruk, maar door de lage afvoer is die nu heel klein. Het zoute water wist via de Nieuwe waterweg, Oude Maas en Spui zelfs het Haringvliet te bereiken.

In de grafiek hiernaast zij de pieken te zien op het moment dat zouter water het meetpunt van de Spuimonding in het Haringvliet bereikt. Tijdens de vloed op 4 januari bereikt het zout tweemaal het meetpunt, tijdens eb trekt het zout zich weer terug. Bij de kerststorm was precies hetzelfde al gebeurd. Omdat de Haringvlietdam (in de monding bij zee) bij lage rivierafvoeren altijd gesloten is (er hoeft immers geen rivierwater gespuid te worden) kan het zout vanuit het Haringvliet nu moeilijk weg. Het Haringvliet is door de zoutinflux dan ook iets zouter geworden. Normaal ligt het zoutgehalte bij ongeveer 110 mg/l; nu is het opgelopen tot 125 mg/l. Pas als de Rijnafvoer boven de 1500 m3/s komt, gaat de Haringvlietdam een beetje open en kan het water weer ververst worden.