U bent hier

Nogmaals een natte week en de waterstanden kunnen weer wat stijgen

Het weer in de stroomgebieden van Rijn en Maas wordt deze week bepaald door kleine lagedrukgebieden boven het continent die voldoende regen brengen om de rivieren op een relatief hoog peil te houden of wat te laten stijgen. Hoge druk bij de Azoren vormt later in de week een uitloper tot over Centraal-Europa en dit kan na het volgend weekend mogelijk voor wat stabieler weer gaat zorgen. In het waterbericht leest u de details.

In de rubriek water inzicht een terugblik op de maand mei, die erg nat verliep met hoge, maar ook weer geen uitzonderlijk hoge, afvoeren tot gevolg.

Water van de Week

Het wordt weer warmer, maar het blijft voorlopig nog nat in de stroomgebieden

De eerste twee weken van juni verliepen vrij koel en vooral in het noorden van Nederland viel veel neerslag met lokaal al bijna 100 mm deze maand. In het zuiden was het ook koel maar veel minder nat met soms nog maar 10 mm regen in twee weken tijd.

De komende week worden de rollen omgedraaid en valt vooral in het zuidoosten veel regen, waardoor het verschil tussen de beide delen van het land waarschijnlijk weer helemaal wordt opgeheven. Ook juni zal daardoor vrijwel zeker als een te natte maand de boeken ingaan; de negende maand op rij die nat tot zeer nat verloopt.

Het weerpatroon in de eerste helft van juni was anders dan dat van de maand mei. Terwijl het in mei erg nat was in een brede zone die vanaf het zuiden van Nederland tot over de Alpen liep, was het daar de afgelopen twee weken juist vrij droog. Alleen in de Alpen bleef het nat. De neerslagkaart hieronder met de hoeveelheden tot nu toe deze maand laat dat goed zien.

Scherm­afbeelding 2024-06-16 om 09.45.02.png

Neerslaghoeveelheden in juni tot nu toe. Opvallend is de vrij droge zone over een groot deel van de stroomgebieden van de Maas en de Rijn,
Neerslaghoeveelheden in juni tot nu toe. Opvallend is de vrij droge zone over een groot deel van de stroomgebieden van de Maas en de Rijn,

Het relatief droge weer had deze regio te danken aan een rug van hoge druk die vanaf de Atlantische Oceaan naar het oosten tot over Duitsland naar Polen liep. Dankzij dit drogere weer kon de afvoer van Rijn en Maas de afgelopen week gaan dalen.

De komende week gaat dit weerpatroon opnieuw veranderen: de rug van hoge druk is al verdwenen en boven de Britse eilanden is een omvangrijk lagedrukgebied aangekomen dat met een zuidwestelijke stroming vochtige lucht vanaf de Atlantische Oceaan richting onze omgeving en de stroomgebieden stuurt. Vanaf dinsdag verschuift dit lagedrukgebied in de richting van Scandinavië, maar tegelijkertijd ontwikkelt zich dan een nieuw lagedrukgebied bij Spanje dat in de dagen daarna naar het noordoosten trekt en in de stroomgebieden flink wat regen kan brengen.

Vanaf vrijdag trekt dit lagedrukgebied naar het oosten weg en ziet het er nu naar uit dat een nieuwe rug van hoge druk vanaf de Azoren zich gaat uitbreiden tot over Centraal-Europa. Het brengt in de dagen daarna droger en warmer weer in de stroomgebieden. Hoe lang dit weerpatroon aan gaat houden, is nu nog niet te zeggen. Op het eerste gezicht ziet het weerbeeld er op de weerkaarten van na het weekend echter nog niet heel solide uit en het lijkt mij onwaarschijnlijk dat dit hogedrukgebied de overgang in gaat luiden naar een langere droge periode. Maar misschien vergis ik mij; volgende week hierover meer duidelijkheid.

Vanwege de nabijheid van de lagedrukgebieden zullen Rijn en Maas de komende week weer aardig wat water te verwerken krijgen en de dalende trend zal daarom weer vertragen of omslaan in een nieuwe stijging. Een sterkere stijging naar een nieuw hoogwatertje verwacht ik echter niet, daarvoor zijn de hoeveelheden voorlopig te klein.

Waterstand Rijn daalt nog iets, naar ca 10,5 m (NAP), daarna enige tijd stabiel.

Na het passeren van het hoogwatergolfje op 7 juni is Rijn de afgelopen week verder gedaald van ongeveer 12 m naar 11 m (NAP) op dit moment. Omdat de afgelopen week in het stroomgebied vrijwel droog is verlopen zet de daling nog iets door naar ongeveer 10,5 m (NAP) aan het eind van de week.

De komende dagen verlopen echter vrij nat in het stroomgebied en de aanvoer vanuit een aantal zijbeken van de Rijn zal gedurende de week weer langzaam wat gaan stijgen. In het volgend weekend zorgt dat voor een waterstand die enige dagen stabiel blijft rond de 10,5 m (NAP). Mocht er echter meer neerslag vallen dan nu verwacht dan is tegen die tijd ook een kleine stijging mogelijk. Op grond van de huidige neerslagverwachting gaat het dan hoogstens om een stijging gaan van enkele decimeters.

Na vrijdag wordt het in het stroomgebied een aantal dagen droog onder invloed van een hogedrukgebied dat zich uitstrekt tot over centraal Europa. Als dat uitkomt dan zal de waterstand na het komend weekend weer langzaam verder gaan dalen.

De weersituatie is er echter wel een om in de gaten te houden, want de zich traag voortbewegende lagedrukgebieden, waar we rond het midden van de week mee te maken krijgen, hebben de afgelopen tijd al vaak voor verrassingen gezorgd in de vorm van grote hoeveelheden neerslag. Voorlopig is daar echter geen sprake van en houd ik het bij een eerst langzaam dalende en later stabiliserende waterstand.

Maas afvoer kan in de tweede helft van de week weer wat stijgen naar 250 tot 300 m³/s of nog wat hoger.

In het stroomgebied van de Maas viel de afgelopen week nauwelijks neerslag en de afvoer bij Maastricht daalde gestaag van ongeveer 300 m³/s aan het begin van de week naast circa 175 m³/s op dit moment. Het langjarig gemiddelde voor deze tijd van het jaar bedraagt ongeveer 130 m³/s; de afvoer is dus nog steeds aan de hoge kant.

Voorlopig blijft het ook nog even zo, want de hele komende week vallen er dagelijks buien in het stroomgebied. Vandaag en morgen blijft het bij zo'n 5 tot 10 mm en dat is niet voldoende om de Maas te laten stijgen maar op dinsdag en donderdag en misschien ook vrijdag kan er wel vrij veel regen vallen. Vooral de dinsdag kan nat kunnen verlopen met 20 tot 30 mm per dag en als dat uitkomt kan de afvoer bij Maastricht zo'n 100 tot 150 m³/s stijgen tot rond de 300 m³/s op woensdag.

De woensdag verloopt dan weer minder nat zodat de afvoer weer wat kan dalen. Donderdag 20 juni wordt opnieuw een natte dag waardoor de afvoer nog wat verder kan stijgen en de 300 m³/s waarschijnlijk wordt overschreden. Het is een neerslagsituatie die mogelijk nog wat natter uitpakt en wellicht ook nog doorloopt tot op de vrijdag. Het zou daarom ook kunnen leiden tot een verdere stijging tot 400 of misschien zelfs 500 m³/s.

Na vrijdag ziet het er nu naar uit dat het een dag of 3 4 droog blijft in het stroomgebied onder invloed van de Rug van hoge druk die zich vanaf de Azoren tot over het stroomgebied van de Maas gaat uitstrekken. Vanaf zaterdag gaat de afvoer Daarom weer dalen naar 300 m³/s of minder In de loop van de week na het volgend weekend.

water inzicht

Mei was een natte maand met relatief hoge rivierafvoeren.

Zowel de Maas als de Rijn kenden in mei een opvallend hoge afvoer. De Rijn kwam tot bijna 3200 m³/s, 45% meer dan het langjarig gemiddelde van circa 2200 m³/s. De Maas afvoer bij Maastricht was relatief nog iets hoger: zij bedroeg 340 m³ per seconde wat circa 75% meer is dan het langjarig gemiddelde van 195 m³/s.

Scherm­afbeelding 2024-06-16 om 21.11.45.png

Tabel met de 10 hoogste Rijnafvoeren in mei sinds 1901 en het percentage ten opzichte van het langjarig gemiddelde dat 2210 m³/s bedraagt. In de laatste kolom is een verklaring gegeven voor de hoge afvoeren in deze maanden.
Tabel met de 10 hoogste Rijnafvoeren in mei sinds 1901 en het percentage ten opzichte van het langjarig gemiddelde dat 2210 m³/s bedraagt. In de laatste kolom is een verklaring gegeven voor de hoge afvoeren in deze maanden.

Scherm­afbeelding 2024-06-16 om 14.08.44.png

Tabel met de 10 hoogste Maasafvoeren in mei sinds 1911 en het percentage ten opzichte van het langjarig gemiddelde dat ca 195 m³/s bedraagt. In de laats e kolom de positie die het jaar in de ranglijst van de Rijn inneemt.
Tabel met de 10 hoogste Maasafvoeren in mei sinds 1911 en het percentage ten opzichte van het langjarig gemiddelde dat ca 195 m³/s bedraagt. In de laats e kolom de positie die het jaar in de ranglijst van de Rijn inneemt.

Ondanks dat de afgelopen maand mei zeer nat is verlopen in de stroomgebieden eindigden de rivierafvoeren van Rijn en Maas niet zeer hoog in de ranglijsten. Beide rivieren kwamen tot een 8e plaats en bleven beiden ruim onder de top 3 van de hoogste mei-afvoeren. Het laat zien dat alleen een natte maand nog niet voldoende is om heel hoog in de ranglijst te eindigen.

Naast de hoeveelheid neerslag maakt het namelijk ook uit of de neerslag min of meer gelijkmatig over een maand is verdeeld of juist geconcentreerd in een paar dagen valt met extreme hoeveelheden. In het laatste geval levert dat vaak veel hogere afvoeren op en daarmee ook een hoger maandgemiddelde.

Verder maakt het uit hoe hoog de afvoer in de voorafgaande maanden was. Een groot deel van de neerslag is namelijk veel langer onderweg dan 1 of 2 weken en als er veel neerslag valt in april, dan wordt een flink deel van die regen ook nog in mei door de rivieren afgevoerd. Dit zagen we bijvoorbeeld in 1970 toen maart en april in het stroomgebied van vooral de Rijn erg nat waren verlopen.

Het afgelopen jaar moest de maand mei het meer op eigen kracht doen, want april was in het stroomgebied niet zo heel erg nat verlopen. Soms speelt smeltwater ook een rol bij de hoogte van de afvoer in mei. Dat was bijvoorbeeld in 1924 en 1969 het geval toen begin mei vanuit enkele middelgebergten in Duitsland nog smeltwater tot afstroom kwam. Ook vanuit de Alpen kan veel smeltwater in mei een bijdrage geven aan de hogere afvoeren. Dat gold bijvoorbeeld ook voor dit jaar en het was een van de redenen dat 2024 relatief hoog eindigde.

In de reeks van de Maas komen we een aantal maanden tegen die in de reeks van de Rijn ook heel hoog staan, zoals de hele top 3, toen zowel april als mei erg nat verliepen in de beide stroomgebieden. Er zijn echter ook jaren, zoals 1958 en 2006, die bij de Maas veel hoger eindigen, omdat de neerslag van een natte periode bij de Maas nog net wel in mei aankwam bij Maastricht, terwijl dat in de Rijn pas in juni gebeurde vanwege de langere tijd dat het water onderweg is.

Vanwege al de verschillende factoren die in het stroomgebied spelen en die elkaar al dan niet versterken is het niet zomaar te zeggen dat een hoge maandafvoer het gevolg is van klimaatverandering. Dit zal zeker meespelen bij de hoogte van de neerslagsom, maar als er vanwege een warm voorjaar weinig sneeuw in de Alpen ligt, dan is er in dat jaar ook weer minder smeltwater en had dat het gezamenlijke effect van beide weer kleiner gemaakt.