De eerste dagen nog vrij veel regen later in de week droger; maar waterstanden eerst nog stijgend
De afgelopen dagen is er al veel regen gevallen in de stroomgebieden en dat houdt nog enkele dagen aan; maar later in de week wordt het wat rustiger en nemen de neerslaghoeveelheden af. De waterstanden stijgen voorlopig nog, naar een licht verhoogd niveau, vanwege de regen van de afgelopen en komende dagen, maar deze zullen na het komend weekend weer gaan dalen. In het waterbericht leest u de details.
In de rubriek water inzicht een terugblik op de storm van afgelopen donderdag die de waterstanden langs de kust even flink opzette, zodat er vrij veel zoutwater het Benedenrivierengebied binnenstroomde. Hoe dat uitpakte laat ik in enkele grafieken zien.
Water van de Week
Wisselvallig en eerst nog vrij veel regen
Na een wat langere droge periode heeft de Atlantische Oceaan het heft weer in handen genomen en het is nu een komen en gaan van lagedrukgebieden die veel regen het Europese continent op sturen. Het pakte allemaal nog wat natter uit dan waar het vorige week naar uit zag en daarom gaan de waterstanden ook wat verder omhoog. Vooral morgen, maandag, was eerder niet voorzien dat het nog een natte dag zou worden en dat geeft de rivieren een extra zetje. Nog lang geen hoogwater, maar wel wat hoger dan gemiddeld voor deze tijd van het jaar.
Het lagedrukgebied dat de afgelopen week de neerslag en de storm veroorzaakte is naar het oosten opgeschoven maar ondertussen is een nieuw lagedrukgebied bij de Britse eilanden aangekomen en dat blijft daar voorlopig liggen. De eerstkomende dagen voert dit lagedrukgebied nog regen onze kant op, maar vanaf halverwege de week stijgt de luchtdruk in het oosten van Europa en dat vormt een soort buffer voor de regengebieden, die dan meer op de oceaan blijven.
Niet dat het dan helemaal droog blijft, maar met name wordt dieper het continent op, ziet het er nu naar uit dat de grote neerslaghoeveelheden dan even verleden tijd zijn. Op wat langere termijn is het nu nog onduidelijk wie aan het langste eind trekt, maar het ziet er wel naar uit dat het in ieder geval een tijdje wat droger wordt onder invloed van de hogedruk.
De afgelopen week viel er vrij veel regen in de stroomgebieden en ditmaal deed ook de Maas goed mee. Veel plaatsen viel zo'n 30 tot 50 mm en hogerop in de Vogezen en het Zwarte woud liep dat op tot ruim boven de 100 mm. Ook het noorden van Nederland kreeg veel regent verwerken met in Friesland en Noord-Holland meer dan 70 mm. Vandaag is het daar weer prijs met opnieuw zo'n 15 tot 20 mm waardoor oktober daar een heel natte maand gaat worden. In het zuiden van Nederland is oktober tot nu toe juist wat aan de droge kant; wat alles te maken heeft met het warme zeewater waardoor vooral de kustregio de meeste regen ontvangt.
Maandag wordt opnieuw een dag met veel regen, met in het stroomgebied van de Maas zo’n 10 tot 30 mm en in het stroomgebied van de Rijn tot 40 of 50 mm. Die grote hoeveelheden vinden we dan vooral in de middelgebergten want in de lagere delen blijft het bij zo'n 10 tot 20 mm. Vanaf dinsdag wordt het droger en staan er geen grote regengebieden meer op het programma. Nog wel een slag om de arm want mogelijk dat de invloed van het hogedrukgebied toch niet zo groot wordt en dan zouden regengebieden rond volgend weekend (vanaf 1 nov) nog wel wat verder op kunnen dringen. Het blijft nog even afwachten of dat toch wat meer regen gaat brengen dan nu wordt verwacht.
Rijn stijgt naar ca 10 m, afvoer naar ca 2.700 m3/s, twee keer zoveel als nu
De waterstand bij Lobith daalde de afgelopen week naar ongeveer 7,6 m NAP en de afvoer daalde tot 1.150 m3/s. Een afvoer van 1.000 m3/s, waar het eerst nog naartoe leek te gaan, als de droogte had aangehouden, kwam niet in beeld. De kans dat dat niveau dit jaar nog gehaald wordt, wordt snel kleiner, want er is voorlopig aardig wat water in de Rijn onderweg. Maar mocht november toch ineens droog uitpakken, dan is het ook weer niet onmogelijk.
In het begin van de afgelopen week was het in Midden-Duitsland al gaan regenen en dit water arriveerde vanaf donderdag bij Lobith. De stand is langzaam wat gaan stijgen en inmiddels komt ook wat extra water aan vanuit het zuiden van het stroomgebied en gisteren werd bij Lobith de 8 m NAP weer gepasseerd. Vooral de Moezel is de afgelopen dagen nog wat verder gestegen en dit water komt vanaf vandaag aan, waardoor de stijging versneld naar een eerste piekje op dinsdag van ca 9,65 m NAP (+/-10 cm) en een afvoer van ca 2.500 m3/s.
Daarna daalt de stand iets of stagneert, rond de 9,5 m NAP, totdat het water aankomt dat maandag in het stroomgebied gaat vallen. Vanaf donderdag 30 oktober gaat de stand weer stijgen en samen met het extra water uit Zuid-Duitsland, waar maandag de meeste regen valt, komt er voor Lobith nog een keer circa 50 cm bij, tot in het weekend de hoogste stand wordt bereikt van ca 10 m. De regen voor dit extra water moet nog vallen dus het kan ook nog wel 25 cm hoger of lager uitvallen afhankelijk van de gevallen hoeveelheden.
Vanaf zondag 2/11 gaat de stand dan waarschijnlijk weer dalen met zo'n 15 tot 20 cm per dag. Rond 5/11 zou er 9,5 m NAP dan weer onderschreden kunnen worden en als het inderdaad droog blijft, kan rond 8/11 de 9 m NAP bereikt worden. Dit is echt nog de vraag of het in die week wel helemaal droog blijft want het lagedrukgebied dat dan boven Engeland komt te liggen, ligt dicht genoeg bij om de regengebieden tot over het stroomgebied te kunnen laten reiken. Maar we zullen even moeten afwachten wat we hier precies van terechtkomt.
Maas kan morgen, maandag, stijgen naar 300 tot 400 m3/s; daarna weer dalend
Ook de Maas profiteerde de afgelopen week van de neerslag en is steeg tot iets boven de 200 m3/s, ongeveer het niveau dat vorige week was voorzien. In het begin van de week lag de afvoer nog wat onder de 50 m3/s. Regen die op maandag in de Ardennen viel, bracht de afvoer al wat in beweging, maar het was vooral de regen van donderdag, toen er 25 tot 30 mm viel, die de afvoer liet stijgen. Sindsdien is het nat gebleven, maar geen grote hoeveelheden en daardoor blijft de afvoer nu schommelen rond de 200 m3/s.
Morgen belooft weer een natte dag te worden, met vooral In de Ardennen weer 25 tot 30 mm regen. Als dat uitkomt dan is een nieuwe stijging mogelijk na 300 tot misschien wel 400 m3/s op dinsdag. Dat is nog lang geen hoogwater want daarvan spreken we pas, als de afvoer boven de 1000 m3/s stijgt.
Omdat er vanaf dinsdag een aantal dagen niet veel regen valt, gaat de afvoer dan ook weer snel dalen en aan het eind van de week verwacht ik dat deze weer rond de 150 m3/s zal zijn uitgekomen. Het ziet er nu naar uit dat er niet op korte termijn weer veel regen gaat vallen maar nog een slag om de arm voor het komend weekend want met een lagedrukgebied op niet al te grote afstand is het ook goed mogelijk dat regenzones wel tot over de Ardennen kunnen trekken. De afgelopen week bleek het ook al steeds toch wat natter uit te pakken dan eerder werd verwacht. Volgende week is hierover meer te zeggen.
Water Inzicht
Hoe pakte storm Benjamin uit voor het Benedenrivierengebied
Afgelopen donderdag trok storm Benjamin over Nederland en dit bracht vooral aan de kust veel wind. Die wind kwam uit het noordwesten en dat zorgde daardoor langs de kust ook voor een extra wateropzet van zo’n 1 tot 1,5 m. De timing van het hoge water en de maximale windsnelheid was nu zodanig dat de hoogste waterstanden in Zeeland werden bereikt. Daar was de stand zo’n 20 cm hoger dan tijdens storm Amy twee weken geleden en in de Westerschelde liep het verschil zelfs op tot 50 cm. Verder noordelijk langs de kust pakten de standen juist wat lager uit en in het Waddengebied was de vloedstand op veel plaatsen zelfs 50 cm lager dan bij Amy. Door het hoge water liepen wel veel kwelders in zowel Zeeland als de Wadden onder, maar dat is een heel normaal verschijnsel, dat ieder jaar meerdere keren gebeurt.
Vorige week schreef ik in Water Inzicht hoe bij noordwestenwind er extra veel water het benedenrivierengebied ingeperst wordt. Vooral als de Rijnafvoer laag is en de waterstanden in het Benedenrivierengebied aan de lage kant zijn, kan er ook flink wat zout water naar binnen dringen. De waterhoeveelheden die dit maal tijdens het hoogtepunt van de stormvloed naar binnen stroomden, waren door de noordwesterstorm ook nog flink wat groter dan ik vorige week liet zien voor een gewone vloed.
Zo stroomde bij Hoek van Holland tijdens het maximum van de instroom ca 25.000 m3/s de Nieuwe waterweg in vanaf de Noordzee; 40% meer dan bij een normale vloed. Veel van dit water stroomde echter de havenkommen in en uiteindelijk stroomde ruim 7.000 m3/s de Nieuwe Maas in en 5.500 m3/s de Oude Maas; ook 40% meer was dan normaal. Al dit extra water verspreidde zich over het hele Benedenrivierengebied en ook daar liepen de waterstanden zo’n 50 tot 100 cm hoger op dan bij een gewone vloed.
De stormvloed voerde vanaf zee ook veel zout water het Benedenrivierengebied in en dit water drong ook veel verder door dan normaal. Gewoonlijk komt het zoute water tijdens vloed en wat lagere rivierafvoeren in de Nieuwe Maas zo’n beetje tot bij Rotterdam en in de Oude Maas tot bij Oud-Beijerland, maar nu verzilte bijna alle wateren van het Benedenrivierengebied. In de volgende twee reeksen van grafieken laat ik zien hoe het zoute water (uitgedrukt in het zoutgehalte in mg/l) naar binnen dringt. Het zijn de grafieken van het zoutgehalte op een aantal meetpunten in het Benedenrivierengebied, zoals die op de site waterinfo.nl van Rijkswaterstaat zijn af te lezen. De grafieken beslaan de afgelopen 4 weken zodat goed de verschillen tussen de meetpunten gedurende deze periode te zien zijn.
Noordrand zoutindringing.jpg

De reeks hierboven laat van boven naar beneden de meetpunten zien in de nieuwe Waterweg (Hoek van Holland) en de Nieuwe Maas (Lekhaven en Brienenoord) zien tot aan het begin van de Lek (Kinderdijk). Bij Hoek van Holland dringt het zoute zeewater ieder dag tweemaal naar binnen en het gehalte zout loopt dan altijd ver op. Tijdens eb stroomt het zoute water weer grotendeels terug en wordt het water bij het meetpunt korte tijd weer bijna zoet. Alleen de laatste week bleef het ook bij eb zout. Dat had nog niet met de storm te maken, maar met de lage afvoer van de Rijn, waardoor er te weinig zoet water beschikbaar was om de Nieuwe waterweg weer helemaal zoet te laten worden.
In de grafiek valt vooral de periode rond 5 en 6 oktober op. Dit was storm Amy die toen een enorme hoeveelheid zout water de nieuwe Waterweg in perstte waardoor het hele watersysteem een paar dagen zout bleef. Op wat kleinere schaal gebeurde dat op 24 oktober ook bij de storm Benjamin, maar de hoeveelheden waren toen duidelijk kleiner. Dat zien we ook als we verder stroomopwaarts gaan. Ter hoogte van het volgende meetpunt, de Lekhaven, zien we ook hoe iedere dag het zoute water tot hier doordringt, om tijdens eb weer zoet te worden.
Storm Amy verstoorde dit patroon een paar dagen, maar vanaf 8 oktober keerde de eerdere regelmaat weer terug. Vanaf 16 oktober is hier ook te weinig rivierwater beschikbaar om het systeem weer helemaal zoet te maken en storm Benjamin maakte het nog wat zouter, maar had geen heel grote invloed. Verder naar het oosten zien we bij Brienenoord weer een ander patroon en dat zien we ook bij het meest oostelijke punt (Kinderdijk). In de grafiek van Kinderdijk heb ik met een rode lijn ook de Rijn afvoer weergegeven met op de rechteras de afvoer in m3/s.
We zien hoe bij Rotterdam Brienenoord vanaf ongeveer 14 oktober het zoute water steeds verder opdringt, Dit gebeurt als de Rijnafvoer bij Lobith onder de 1500 m3/s is gezakt. Bij Kinderdijk gebeurt dat pas als de afvoer tot onder de 1200 m3/s is gezakt. De effecten van de stormen zijn hier ook goed te zien. Bij Brienenoord stroomde er tijdens Amy zoveel zout water naar binnen dat ondanks de hoge rivierafvoer het water daar een paar dagen zout bleef, voordat de Rijn de Nieuwe Maas op dit punt weer had zoet gespoeld. Het effect van storm Benjamin was hier ongeveer hetzelfde. De Rijnafvoer gaat de komende dagen weer langzaam omhoog en het is te verwachten dat eerst bij Kinderdijk en later ook bij Brienenoord het zout weer helemaal wordt teruggedrongen.
Zuidrand zoutindringing.jpg

De tweede serie grafieken volgt het zoute water via de Oude Maas en het Spui naar het Haringvliet. De eerste grafiek laat zien hoe het zoute water vanaf zee tijdens vloed vaak tot Spijkenisse door dringt; zeker als de Rijnafvoeren lager worden zoals vanaf 14 oktober. Er is dan tijdens vloed steeds sprake van zout water in de rivier en tijdens de eb wordt het weer even zoet. Ter hoogte van de Beerenplaat, waar het Spui aftakt van de Oude Maas, dringt het zoute water minder makkelijk door en net als bij Brienenoord zien we hier pas het zout doorkomen als de Rijnafvoer onder de 1500 m3/s zakt.
De storm Amy zorgde ook in de Oude Maas voor een enorme zoutflux, maar omdat de Rijnafvoer toen nog ongeveer 2000 m3/s bedroeg, spoelde deze rivier enkele dagen later weer zoet. De storm Benjamin zorgde ook voor een flux van zout water maar nu was de Rijnafvoer veel lager. Omdat er minder zout water naar binnen drong was het effect uiteindelijk toch minder groot dan bij Amy.
Via het Spui loopt de getijdengolf door naar het Haringvliet. Er stroomt veel water door deze smalle rivier want het Haringvliet is een groot wateroppervlak en om daar dagelijks een getijdeslag van 30 cm te behalen, is veel water nodig. Tot aan het jaar 1970 was dat heel anders, toen was het Haringvliet nog met zee verbonden en kwam het getij daar direct via de Haringvlietmond. Nu legt de getijgolf een veel langere weg af en is de getijslag in het Haringvliet ook veel minder hoog dan voor 1970, toen het getij nog ca 1,5 m bedroeg.
Tijdens de storm Amy was de getijdengolf zo groot dat er extra veel water via het Spui naar het Haringvliet stroomde en daarmee ook veel zout water zoals het zoutgehalte bij de monding (grafiek 3) in het Haringvliet laat zien. Zout water is zwaarder dan zoet water en eenmaal in het Haringvliet aangekomen zakte dit zoute water naar de bodem. Eén meetpunt op 15 m diep op de bodem bij Middelharnis (grafiek 4) laat dit goed zien, want op 5 oktober steeg daar het zoutgehalte snel naar 500 mg/l. Aan het oppervlak steeg het zoutgehalte ook, maar minder hoog zoals de groene lijn laat zien. Dit gebeurde ook wat later, omdat het vooral zout was dat door wervelingen weer vanaf de bodem naar het oppervlak werd gevoerd.
Rond die tijd was Rijnafvoer nog vrij hoog en dat betekende dat een deel van het rivierwater ook via de Haringvlietsluis naar zee werd gevoerd; (bij lagere rivierafvoeren gaat de Haringvliet namelijk dicht en kan het rivierwater alleen nog de Nieuwe waterweg uitstromen). Het zoute water dat in het Haringvliet naar de bodem was gezakt, wordt in de dagen daarna door het tijdens eb via de sluizen uitstromende rivierwater beetje bij beetje weer naar zee teruggevoerd. We zien dan het zoutgehalte aan de bodem weer langzaam afnemen, waarin ook het ritme van het getij zichtbaar is. Aan het oppervlak was het zoutgehalte al na een paar dagen terug naar de achtergrondwaarde van ca 100 mg/l. Dat is de hoeveelheid zout die het rivierwater vanuit Duitsland en Frankrijk meevoert en waar het gehalte nooit onder zakt.
Tijdens storm Benjamin was de aanvoer van zout water via het Spui veel kleiner en de piek bereikte maar net het Haringvliet zoals de grafiek bij de Spuimonding laat zien. De hoeveelheid zout water was zo klein dat er aan de bodem van het Haringvliet vrijwel niets van te merken was. Mocht het zoute water wel tot het Haringvliet zijn doorgedrongen dan was het in de dagen daarna veel lastiger geweest om het af te voeren; de Rijnafvoer is nu namelijk zo laag dat de Haringvlietsluizen permanent dicht staan en het zoute water dan opgesloten blijft in het bekken.
Nu was daar geen sprake van en, al zou het zijn gebeurd, dan zou het ook later in de komende week wel weer zijn afgevoerd, want er wordt een voldoende hoge Rijnafvoer verwacht om de sluizen weer open te zetten. Dat het nu steeds goed gaat, is geen garantie dat dat in de toekomst ook gebeurt. Het is een van de lastige problemen met het Haringvliet dat er bij storm soms veel zout water in terecht kan komen en als de Rijnafvoer dan een tijdje laag blijft blijft, dan kan dat zoute water daar soms wekenlang in opgesloten liggen.
De verwachting is dat dit probleem door klimaatverandering eerder groter dan kleiner wordt. Niet omdat verwacht wordt dat de stormen in de toekomst veel zwaarder worden, maar wel omdat er in de toekomst vanwege een hogere zeespiegel meer zeewater naar binnen door kan dringen. Vooral onder warme zomerse situaties als er veel zoetwater nodig is, kan dat dan problemen opleveren, omdat het water in het Haringvliet dan te zout is voor gebruik in de binnendijkse gebieden.